|
|
\require{AMSmath}
Reageren...
Re: Re: Re: Kubische vergelijking oplossen
Ja... De leraar kan dus bv. jarig zijn op 1 jan. Die leerling kan dan nog jarig zijn op 364 dagen? En die 14 lln., is dat dan telkens 14/364, 13/363, 12/362 Verder geraak ik niet echt... Als je nog tijd hebt moet je nog maar eens kijken als je wil. Sorry, maar toch heel erg bedankt!
Antwoord
De eerste twee stappen zijn goed 2)De kans dat een willekeurige leerling niet op 1 jan jarig is: 364/365 (ik noem deze kans even p) maar dan 3) De kans dat ze alle veertien op een andere dag jarig zijn is dan p^14. Je vermenigvuldigt de 14 kansen van de 14 leerlingen met elkaar 4) Bij 3 heb je uitgerekend de kans dat alle leerlingen op een andere dag jarig zijn dan de leraar. De kans dat dit NIET zo is (dus minstens 1 wel jarig op dezelfde dag) is dan 1 - die kans. Als het goed is krijg je er iets minder dan 0,04 uit
Gebruik dit formulier alleen om te reageren op de inhoud van de vraag en/of het
antwoord hierboven. Voor het stellen van nieuwe vragen kan je gebruik maken
van een vraag stellen in het menu aan de linker kant. Alvast bedankt!
|